* Het Groene Boekje * Deel II

II .  ALBLASSERDAM

De geboortedatum van Tijs Pietersen is ons onbekend maar wij weten dat hij in 1648 is getrouwd met: Pietertgen Claes.

Uit dit huwelijk werden 5 zoons en een dochter geboren, nl.

1649  Pieter     –     1651  Crijn     –     1655  Aarjen     –     1657  Ceunjertjen     –     1660  Huyg     –     1663  Cornelis.

De vijf zoons zijn allen in Alblasserdam getrouwd en het is best mogelijk dat niet alleen Huyg doch ook zijn broers thans levende nakomelingen hebben.
Alleen aan de naam van Huyg’s kinderen wordt echter later de naam Kortland toegevoegd.
Huyg trouwt in 1683 met Meynsje Ariëns ook van Alblasserdam, en van de vele kinderen is alleen de tak van de in 1696 geboren Pieter niet uitgestorven in de mannelijke lijn.
Pieter trouwt in 1720 met Weyntje Ariëns Verhoeve en uit dit huwelijk worden tussen 1721 en 1741 in Alblasserdam 9 kinderen geboren waarvan drie zoons verder voor ons van belang zijn :

Tijs      geboren in 1730               Aart      geboren in 1732               Waal      geboren in 1737

 

TIJS

Van Tijs raken wij het spoor in Alblasserdam bijster maar wij vinden hem terug in Rotterdam waar hij in 1757 trouwt met Jannigje Aryens Baas – een meisje uit Ridderkerk.  Uit dit huwelijk wordt in 1764 te Rotterdam Pieter geboren en deze Pieter trouwt in 1790 met een meisje uit Woudrichem: Geertrui Elisabeth van der Hart.
Drie dochters en een zoon spruiten uit dit huwelijk  –  de zoon is de in 1794 geboren Adrianus.
Als Pieter in 1831 te Rotterdam overlijdt wordt hij vermeld als scheepsbouwmeester.

De schrijfwijze van de naam is nog niet definitief. Adrianus trouwt in 1815 met Alida Marcus en heet dan Kortlant.
Als in 1818 hun zoon Hendrik wordt geboren wordt hij ingeschreven als Korteland.
In 1826 wordt Adrianus Stephanus geboren en dan is de naam Kortelandt.

In 1829 is er de geboorte van Johannes Matthijs.
Voor deze wordt bij een vonnis van de Arrondissements Rechtbank in 1841 bevolen dat de naam voortaan als Kortlandt dient te worden geschreven en dit geldt dan blijkbaar eveneens voor de overige leden van de familie.In ieder geval: als Adrianus in 1877 te Rotterdam overlijdt heet ook hij Kortlandt.

Alleen Hendrik (A‑1)    en   Johannes Matthijs (A‑2)   hebben thans levende nakomelingen.

De groepen A‑1 en A‑2 zijn de enigen die nu hun naam schrijven met dt op het einde en in de XIXe (19e) eeuw waren zij in Rotterdam blijkbaar vooral werkzaam in het scheepsbouwbedrijf.
De beroepen: scheepmaker  –  scheepstimmerman  – scheepsbouwmeester  komen steeds terug. Hadden zij een eigen scheepswerf?

Niet van Aris: Ja!  (Zie Kortlanden van Alblasserdam)

 

AART

Keren wij thans terug tot de XVIIIe (18e) eeuw.
De nakomelingen van Aart, die in 1732 werd geboren en in 1770 trouwde met Jannigje (Foppe) Smit ( * ) zijn trouw gebleven aan Alblasserdam en de meesten wonen daar thans nog of in de omgeving.
( * ) Een bekende naam in deze streek die velen zullen herinneren aan de bekende raderboten die destijds van Rotterdam, via Dordrecht, op Gorcum voeren.

Uit dit huwelijk werden 10 kinderen geboren maar de meesten zijn jong overleden. Alleen van de in 1775 geboren Pieter kennen wij thans nakomelingen.  Deze Pieter was rietdekker en trouwde met Grietje de Haan.
Zij kregen twee zoons: de in 1818 geboren Aart en de in 1820 geboren Adriaan.

Aart is evenals zijn vader rietdekker. Hij trouwt in 1842 te Papendrecht met Dirksje Lekkerkerk die naaister is.
Er zijn zes zoons waarvan drie jong overleden.   Dit brengt ons tot:

Pieter Korteland (A‑3)          Teunis Korteland     (A‑4)          Adriaan Korteland   (A‑5)

Aart’s broer Adriaan wordt, als hij in 1847 te Oud-Alblas trouwt met Jacoba Boele, vermeld als broodbakker en later als koopman.
Zij kregen zes zoons, waarvan enkelen jong overleden, die allen in Oud-Alblas worden geboren.
Van twee zoons zijn ons thans levende nakomelingen bekend:

Cornelis Korteland (A‑6)                              Teunis Korteland   (A-7)

WAAL

De in 1737 te Alblasserdam geboren Waal trouwt in 1769 met Trijntje Ivans de Jong.
Vele dochters worden geboren doch slechts één zoon die natuurlijk, naar de grootvader, Pieter wordt gedoopt (in 1774).

Het zijn dus drie Pieters, alle drie vernoemd naar hun grootvader, Pieter Huygen, die het Alblasserdamse geslacht tot op heden hebben doen voortleven.
Pieter trouwt met Jannetje van Spronsen en voor zover wij weten werden vier kinderen uit dit huwelijk geboren waarvan twee zoons verder voor ons van belang zijn:

Willem     –  geboren in 1803 in Nieuw Lekkerland
Matthijs   – geboren in 1804 in Alblasserdam

Deze beide broers verlaten de Alblasserwaard en vestigen zich in het Westland. Wanneer wij de tak van Pieter Huygen’s zoon Tijs de Rotterdamse tak kunnen noemen – en die van Aart de Alblasserdamse tak  ‑  dan vormen de afstammelingen van Waal de Westlandse tak.

Willem trouwt met Geertruy van Alenburg en in 1826 wordt in ‘s Gravenzande een zoon Gerrit geboren waarvan wij verder niets weten – en in 1827 te Monster een zoon Willem  (zie A‑8).
De in 1804 geboren Matthijs heeft geen geluk beleefd aan zijn verhuizing naar het Westland.
Hij trouwt in 1830 te ‘s‑Gravenzande met Maria Ouwendijk en in 1842 wordt voor hem als beroep vermeld: vlasser.
Acht kinderen worden uit dit huwelijk geboren waarvan er in 1849 nog zeven in leven zijn.
1849 is het jaar van de ramp.

De besmettelijke ziekten zoals pest en cholera, die in vroeger eeuwen zoveel slachtoffers eisten, zijn in de XlXe (19e) eeuw in Nederland nog niet volkomen onder controle.   De cholera epidemie van 1849 treft ook ‘s‑Gravenzande en vooral het gezin van Matthijs Korteland.

Aan deze ziekte sterven:           

Op    9   augustus 1849    de oudste zoon Pieter
       10        »    »                   de vader Matthijs
       12        »    »                   de dochter Kaatje
       15        »    »                   de zoon Matthijs
       17        »    »                   de moeder Maria Ouwendijk

Vier wezen blijven achter   –  2 meisjes en 2 jongens.
De in 1844 geboren Cornelis overlijdt in 1864. Blijft Jan die in 1840 te ‘s Gravenzande is geboren en waarvoor wij verwijzen naar hoofdstuk V: De Jongere Generatie     A‑9.

Vermelden wij nog dat alle leden van de groepen A‑3 tot en met A‑9, dat wil zeggen alle leden van de Alblasserdamse zowel als van de Westlandse tak thans Korteland heten.

 = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =

DE JONGERE GENERATIE ALBLASSERDAM

A-1    Hendrik KORTLANDT:

Trouwt in 1840 met Neeltje van der Kolff, dochter van een koopvaardij kapitein, en hoewel hij meerdere zoons had kennen wij van hem slechts drie kleinzoons waarvan er twee op oudere leeftijd, ongehuwd zijn overleden.
De derde kleinzoon is de in 1883 geboren     –   Ingenieur Hendrik Kortlandt.
Hij heeft twee zoons:        Adriaan en Bruins  –  Beiden geboren in Rotterdam.

Adriaan Kortlandt:   – Deze werd ons in 1963 door de Burgerlijke Stand van Amsterdam opgegeven als: « Lector Gemeentelijke Universiteit Dierpsychologie ».

Bruins Kortlandt: – Is ingenieur, evenals zijn vader en woont in Rotterdam.

 

A-2    Johannes Matthijs KORTLANDT:

De nakomelingen van Johannes Matthijs zijn talrijker.   In 1858 trouwt hij te Rotterdam met Aarke Uitermerkt die hem in 1861 een zoon schenkt:   Nicolaas Adrianus.
Daarna vinden wij nog twee huwelijken van Johannes Matthijs: In 1867 te Hazerswoude met Maria Johanna Menzel, die echter in 1868 overlijdt, en in 1872 te Gouda met Antje van Leeuwen.
Nicolaas Adrianus trouwt in 1887 met Gerredina Heintz en woont dan, of vestigt zich kort daarop in Zeist, want zijn negen kinderen (eerst zes zoons en daarna drie dochters) zijn allen in Zeist geboren.
Eén van hen, Anton Kortlandt, was havenmeester in Rotterdam.
Een andere zoon de in 1963 overleden arts:     Nico Kortlandt.
Kleinzoons van Nicolaas Adrianus vindt men thans op meerdere plaatsen en in de Verenigde Staten van Amerika.

 

A-3    Pieter KORTELAND:

Geboren in 1843 te Alblasserdam trouwde in 1865 met Aagje Visser en zijn beroep is dan zeilmaker.
Naar ons weten heeft hij geen thans in leven zijnde mannelijke nakomelingen doch wij vermelden hem volledigheidshalve omdat een kleindochter van hem – Mej. Flora Korteland – enkele jaren geleden in Alblasserdam woonde.

 

A-4    Teunis KORTELAND:

Geboren in 1845 te Alblasserdam, trouwde in 1870 met Johanna Margretha Visser.
Ook van hem kennen wij geen thans levende mannelijke nakomelingen, maar in 1963 woonden twee kleindochters van Teunis in Alblasserdam:  Mevr. de Ruiter‑Korteland  en  Mevr. Veth‑Korteland

 

A‑5    Adriaan KORTELAND:

Wordt geboren in Alblasserdam in 1849 en als hij in 1875 trouwt met Anna Roodnat dan is hij, evenals zijn vader en zijn grootvader rietdekker van beroep.
Gehuwde kleinzoons van Adriaan en Anna vinden wij thans in Rijswijk, in Oud‑Alblas en in Alblasserdam. Wellicht zijn onze gegevens verre van volledig: de archieven van Alblasserdam zijn in de Meidagen van 1940 gedeeltelijk verloren gegaan.
Op te merken valt dat in 1963 als adres van de in 1933 geboren Adrianus
Korteland, kleinzoon van Adriaan A‑5) werd opgegeven:
Kortland 49, Alblasserdam.  
Blijkbaar is er dus in Alblasserdam een straat die « Kortland » heet. (!)

 

A‑6    Cornelis KORTELAND:

Geboren in Oud‑Alblas in 1852, trouwt in 1882 met Neeltje Maria de Boom uit Lekkerkerk. Als beroep wordt opgegeven: bouwman.
Hij heeft meerdere zoons en vele kleinzoons. De meesten van hen woonden enkele jaren geleden in Oud‑Alblas en in Alblasserdam.

Ook vonden wij twee broers, kleinzoons van Cornelis, in Rijswijk.

 

A‑7    Teunis KORTELAND:

De in 1862 te Oud‑Alblas geboren Teunis trouwde met Johanna van den Hoonaard.   Ons zijn slechts twee kleinzoons van hem bekend maar wij nemen aan dat er meer zijn want Teunis en Johanna hadden minstens drie zoons.   Deze twee kleinzoons zijn in Rotterdam geboren:
Teunis Jan die in 1963 te Oud-Alblas woonde en ons als huisschilder werd opgegeven, en Anton Jacobus, laborant, wonende in Rotterdam.

 

A‑8    Willem KORTELAND:

In 1827 geboren te Monster en aldaar huwde met Dirkje van der Kaaden. Deze groep is talrijk.
Willem en Dirkje hadden meerdere zoons en kleinzoons en thans zijn er tientallen meerderjarige achterkleinzoons.
Vrijwel alle thans levende Kortelanden van deze groep wonen in Hoek van Holland en in Monster. Als meest voorkomende beroepen vonden wij: tuinder en kaskitter.

 

A‑9    Jan KORTELAND:

Die in 1840 te ‘s‑Gravenzande werd geboren en zoals wij gezien hebben, in 1849 de cholera ‑  epidemie overleefde, trouwde in 1866 met Leentje van der Meer en overleed reeds in 1885.
Hij had vier dochters en
drie zoons en van deze zoons hebben wij alleen de oudste, de in 1869 geboren Cornelis, kunnen volgen.

Cornelis had eveneens vier dochters en een in 1897 geboren zoon Jan. Deze Jan trouwde in 1917 te ‘s‑Gravenzande en het gezin verhuist in 1918 naar Barwoutswaarder.  Verder weten wij alleen dat een zoon van Jan, de in 1918 te Barwoutswaarder geboren Cornelis, in 1963 te Amsterdam woonde en twee dochters heeft, waarschijnlijk in Woerden.

 

Naar de volgende pagina

Naar de vorige pagina

Terug naar de Startpagina

Reacties zijn gesloten.